De 5 grootste mythes over St. Bernards

Sint-Bernards zijn een bekend ras, gekenmerkt door hun grote formaat, kalme karakter en het iconische beeld van een reddingshond die een klein vat brandewijn om hun nek draagt. Maar er is veel meer aan deze vriendelijke reuzen dan wat vaak wordt afgebeeld in populaire media. Als een oude eigenaar van St. Bernards, ben ik talloze misvattingen over dit ras tegengekomen. Hier zijn de vijf grootste mythen en de waarheden erachter.

Mythe 1: Sint-Bernards zijn traag en lui

Vanwege hun grootte worden St. Bernards vaak gekoppeld als traag en inactief. Maar iedereen die met een Sint Bernard heeft geleefd, weet dat ze allesbehalve lui zijn. Hoewel ze niet zoveel beweging nodig hebben als een Border Collie of een Labrador Retriever, hebben ze nog steeds regelmatige activiteit nodig om gezond en gelukkig te blijven. Wandelingen, speeltijd en mentaal stimulerende spellen zijn geweldige manieren om je St. Bernard actief te houden.

Mythe 2: St. Bernards Kwijlen Non-stop

Het is waar dat St. Bernards, net als andere grote rassen, kwijlend kunnen zijn, vooral na het eten of drinken. Het idee dat ze non-stop kwijlen is echter overdreven. Veel hangt af van de individuele hond, zijn mondvorm en zijn activiteitsniveau. Regelmatige verzorging en reiniging rond hun mond kan helpen bij het beheersen van kwijl.

Mythe 3: Sint-Bernards zijn onintelligent

St. Bernards worden soms ten onrechte als onintelligent bestempeld vanwege hun kalme en geduldige houding. Maar in werkelijkheid zijn ze best slim. Historisch gezien werden ze gefokt voor reddingswerk in de Zwitserse Alpen, wat snel denken en probleemoplossende vaardigheden vereiste. Ze zijn misschien niet zo hypergefocust als sommige werkende rassen, maar ze hebben hun eigen type intelligentie dat doorschijnt in hun probleemoplossend vermogen en hun gevoelige aard.

Mythe 4: Sint-Bernards zijn altijd vriendelijk

Hoewel St. Bernards meestal zachtaardig en goedaardig zijn, zoals elk ras, hebben ze hun eigen persoonlijkheden en stemmingen. Het is belangrijk om te onthouden dat niet elke St. Bernard sociaal zal zijn met elke persoon of huisdier die ze ontmoeten, vooral als ze niet goed zijn gesocialiseerd. Training en vroege blootstelling aan verschillende mensen, huisdieren en omgevingen kunnen helpen bij het bevorderen van een goed afgeronde, sociale hond.

Mythe 5: St. Bernards zijn uitstekende honden voor alleen koude klimaten

St. Bernards zijn goed aangepast aan koude klimaten dankzij hun dikke, dichte vachten, wat leidt tot de overtuiging dat ze alleen kunnen gedijen in koelere gebieden. Hoewel ze zeker genieten van een ravotten in de sneeuw, kunnen ze zich ook aanpassen aan warmere klimaten. Eigenaren moeten voorzorgsmaatregelen nemen tijdens warm weer, zoals het bieden van veel schaduw, zoet water en het beperken van lichaamsbeweging tijdens de hitte van de dag, om ervoor te zorgen dat hun St. Bernard comfortabel en gezond blijft.

Kortom, St. Bernards zijn een divers ras, vol potentieel en geladen met persoonlijkheid. Ze zijn niet gewoon lui of onintelligent, en ze kwijlen niet non-stop. Ze kunnen net zo sociaal of gereserveerd zijn als elke andere hond, en ze kunnen gelukkig leven in verschillende klimaten, mits de juiste zorg.

Als een oude eigenaar van St. Bernards, kan ik getuigen van hun intelligentie, aanpassingsvermogen en hun zachte, vaak speelse aard. Ze zijn een heerlijk ras om je huis mee te delen en zijn zoveel meer dan de stereotypen je willen doen geloven. Vergeet niet dat het leren kennen van een St. Bernard, of een hondenras, gaat over het begrijpen van hun unieke individualiteiten en niet worden beïnvloed door gemeenschappelijke mythen.